Drie Nederlandse casino’s zijn door het Europese Hof in het gelijk gesteld. Zij hadden namelijk een procedure aangespannen nadat onze zuiderburen België hun gokreclames hadden verboden. Het verbieden van deze reclames zou onterecht zijn. Ook de boetes die deze Nederlandse casino’s opgelegd hadden gekregen, zouden niet helemaal eerlijk zijn.
De zaak
- De partijen in deze zaak zijn: Recreatieprojecten Zeeland BV, Casino Admiral Zeeland BV en Supergame BV (eisers) en de Belgische Staat (verweerder).
- De eis in deze zaak: De drie casino’s hebben een procedure aangespannen, omdat zij een boete opgelegd hebben gekregen door de Belgische Staat, wegens het reclame maken voor hun casino. In België geldt een verbod op het maken van reclames voor casino’s die geen vergunning hebben.
- De uitspraak in deze zaak: Het Europese Hof van Justitie heeft uitgesproken dat de drie Nederlandse casino’s niets verkeerd hebben gedaan. Volgens het Europees Hof van Justitie in Luxemburg zou het reclameverbod voor de Zeeuwse en Brabantse casino’s in strijd zijn met het EU-recht en daarom is het niet terecht.
- De kosten: Het Europese hof van Justitie wil dat de Belgische rechter opnieuw kijkt naar de boetes van 2800 euro, 3000 euro en 6500 euro die de casino’s opgelegd hebben gekregen. Het ligt in de lijn der verwachting dat de boetes worden kwijtgescholden.
België mag Nederlandse casino's niet verbieden om gokreclame in het land te maken. Het Europees Hof van Justitie geeft drie kansspelbedrijven in het Zeeuwse Hulst en Sluis, en Heerle in Noord-Brabant gelijk dat zij net als Belgische bedrijven klanten mogen lokken naar hun casino's. De hoogste Europese rechter geeft de Belgische rechter ook opdracht zich uit te spreken over de boetes die de Nederlandse gokbedrijven kregen voor hun reclameactiviteiten over de grens. Deze zaak stamt uit 2021, maar 2 maart 2023 heeft het Hof pas uitspraak gedaan over de kwestie.
Verbod op gokreclames
Begin maart werd duidelijk dat het verbod op gokreclame officieel is goedgekeurd in België. Dit betekent dat het vanaf 1 juli 2023 voor gokbedrijven verboden is reclame te maken voor kansspelen. Alleen nog bedrijven die beschikken over een vergunning van de Belgische Kansspelcommissie, mogen nog reclame maken in eigen land. De volgende manieren van reclame zijn niet meer mogelijk wanneer het gokreclameverbod intreedt:
- reclamespots op televisie, radio en in bioscoopzalen;
- advertenties en video-advertising op websites; digitale kanalen en sociale mediaplatformen;
- advertenties in tijdschriften of kranten; reclameaffiches op openbare plaatsen;
- gepersonaliseerde reclame via mail, post, berichtendiensten, sms of sociale media en alle reclamedrukwerk.
Ook voor de kansspelaanbieders die straks wel nog reclame mogen maken, gelden er strenge regels. Het verbod heeft als doel dat alleen mensen die actief op zoek zijn naar informatie over gokken of die een plek zoeken om te gokken, reclames te zien krijgen.
Het Europees recht
De Belgische gokwetgeving kent dus een principieel reclameverbod, maar bedrijven waarvoor de kansspelcommissie een vergunning heeft verleend kunnen daarvan worden uitgezonderd. Die mogen toch reclame maken. Zo een vergunning kan echter alleen worden gegeven voor kansspelen in België. Nederlandse gokbedrijven vallen dus bij voorbaat uit de boot. Dat is in strijd met het EU-recht, oordeelt het in Luxemburg gevestigde Hof. De mogelijkheid om reclame te maken mag niet enkel worden voorbehouden aan gokbedrijven die in België zijn gevestigd. Hoe zit dit dan?
Beperking vrijheid van diensten
De vraag die bij het Europese Hof lag, luidde als volgt: “Dient art. 56, eerste lid, VWEU zo te worden geïnterpreteerd dat het zich ertegen verzet dat een nationale wettelijke regeling van een lidstaat aan de uitbaters van een beperkt en gecontroleerd aantal vergunde kansspelinrichtingen op haar grondgebied een uitzondering toestaat op een algemeen geldend reclameverbod voor dergelijke inrichtingen, zonder tegelijk te voorzien in een mogelijkheid voor de uitbaters van in andere lidstaten gevestigde kansspelinrichtingen om ten behoeve van deze laatste eenzelfde uitzondering op het reclameverbod op haar grondgebied te bekomen?”
Het bovenstaande is een hele mond vol, maar we gaan het proberen wat simpeler te maken. Allereerst is het verstandig om uiteen te zetten wat artikel 56 Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) inhoudt. Artikel 56 VWEU vereist de opheffing van iedere beperking van de vrijheid van dienstverrichting die inhoudt dat de werkzaamheden van een dienstverrichter die in een andere lidstaat is gevestigd en aldaar rechtmatig soortgelijke diensten verricht, worden verboden, belemmerd of minder aantrekkelijk worden gemaakt, ook indien deze beperking zonder onderscheid geldt voor binnenlandse dienstverrichters en dienstverrichters uit andere lidstaten. Een dienstverrichter is in dit geval een casino exploitant.
Doordat de Belgische Staat een algemeen reclameverbod heeft ingesteld voor kansspelaanbieders zonder vergunning betekent dit dat casino’s in andere lidstaten, zoals Nederland, geen reclame meer mogen maken in België. In deze zaak heeft het Hof geoordeeld dat een nationale regeling die in een lidstaat reclame voor in andere lidstaten rechtmatig georganiseerde kansspelen verbiedt, een beperking van de vrijheid van dienstverrichting vormt. Casino’s uit andere lidstaten hebben namelijk niet de mogelijkheid om een uitzondering op het verbod te verkrijgen. De eerdere beslissing van de opgelegde boetes aan de casino’s, is hierdoor in beginsel onterecht.